Na de recente veranderingen in het ontslagrecht gaan vanaf 2016 ook de werkloosheidsuitkeringen op de schop. De duur van de WW-uitkering gaat stap voor stap terug naar maximaal 24 maanden.
De duur van de WW wordt vanaf volgend jaar elk kwartaal een maand korter. Werknemers die in 2019 hun baan verliezen, kunnen dan nog maximaal 24 maanden een uitkering krijgen. Momenteel is de maximale WW-duur 38 maanden.
Werkenden bouwen straks ook minder WW-rechten op. De uitkeringsduur wordt bepaald door het feitelijke arbeidsverleden.De eerste tien arbeidsjaren blijven recht geven op een maand WW per gewerkt jaar. Heeft de werknemer meer dan 10 jaar gewerkt, dan is elk dienstjaar goed voor slechts een halve maand. Eindigt de totale uitkeringsduur op een halve maand, dan wordt die halve maand op 15 uitkeringsdagen gesteld. Aan WW-rechten die vóór 2016 zijn opgebouwd, wordt niet getornd.